Confisqueren of stelen?
De Tuin der Lusten is de grote afwezige tijdens de intussen wereldvermaarde Bosch-expositie in het Noordbrabants Museum. Het meesterwerk van Jheronimus Bosch hangt sinds 1939 in het Madrileense Prado en als het aan de Spanjaarden ligt, gaat het daar ook nooit meer weg. El Bosco was volgens hen een Spaanse schilder en De Tuin der Lusten maakt deel uit van het Spaanse erfgoed. Daar is wel wat tegenin te brengen. Veel zelfs. Nee, alles eigenlijk. Maar geen Spanjaard, die zal luisteren. Hij zal naar zijn voorhoofd wijzen en vragen of je compleet ‘Loco’ bent. Gek. Idioot. Hoe kom je erbij?
Tsja, hoe komen we erbij? Ik weet wel zeker, dat de officiële instanties in Spanje weten, dat het Spaanse eigendomsrecht van de Tuin der Lusten op een moeras rust. Hoezo? Zoals ik in een eerdere blog en in mijn boek ‘Jeroen Bosch voor Beginners’ al beschreef, is de Tuin der Lusten tijdens de Tachtigjarige Oorlog afgevoerd naar Spanje. Gestolen door landvoogd Alva uit de bezittingen van Willem van Oranje, die als beschermeling van Koning Filips II de kant van de protestanten had gekozen. Met de diefstal van de Tuin der Lusten door de Spanjaarden kwam Willem nog goed weg, want andere ‘afvalligen’, zoals de Graven Egmont en Horne, eindigden op het schavot van de Grote Markt in Brussel.
Nu zijn er tegenwoordig zelfs in Nederland nog steeds mensen, die het meenemen van de Tuin der Lusten naar Spanje rechtmatig vinden. Hun argument: “Want Willem van Oranje was een afvallige landheer en dan heeft de Koning het recht dat te doen.” Dan was de terechtstelling van Egmont en Horne ook rechtsgeldig, maar die daad was wel het startschot van Tachtigjarige Oorlog. Onze onafhankelijkheidsstrijd. Rechtmatige onthoofding? Als je zo naïef doordenkt, kun je zelfs het Duitse schrikbewind tijdens de Tweede Wereldoorlog rechtmatig gaan noemen.
BASTAARDZOON
In elk geval is het waar, dat de regels in de 16e eeuw waren dat de Koning bezittingen mocht onteigenen -confisqueren- van afvallige landheren. Zoals in het geval van Willem van Oranje, die nog wel zo’n graag geziene gast aan het Spaanse hof was geweest. Maar is dat ook zo met de Tuin der Lusten? Nee dus. Hier is aantoonbaar geen sprake van confisqueren. Het was namelijk landvoogd Alva die het gigantische kunstwerk liet opsporen en afvoeren naar Spanje. En werd het daar direct overgedragen aan Filips II? Nee, geen sprake van. Alva gaf het aan zijn eigen bastaardzoon Don Ferdinando de Toledo.
Het confisqueren krijgt daardoor steeds meer de geur van diefstal. En het wordt nog erger. Uiteindelijk kreeg de Spaanse Koning de Tuin der Lusten wel in zijn bezit, maar op een merkwaardige wijze. Don Ferdinando gaf het drieluik niet aan de Koning. Nee, deze moest het kopen van de erven van Don Ferdinando. Kopen? Maar het was toch geconfisqueerd? Daar wringt hem nou net de schoen. Voor zover confisqueren al rechtsgeldig is, is daar in dit geval dus helemaal geen sprake van. De Koning moest geld op tafel leggen om het zo door hem bewonderde schilderij in zijn bezit te krijgen. Wist hij dan niet, dat het uit zijn naam was geconfisqueerd?
Dat het zo is gelopen, dat kopen van de erven van Don Ferdinando, geven zelfs de Spanjaarden toe. Want zij gebruiken het als argument om de Koning een alibi te verschaffen. Filips II heeft het niet gestolen of geconfisqueerd, maar hij heeft het gekocht. En dat is nou net de denkfout die ze in Spanje maken, want het is precies het argument dat Nederlanders kunnen aanvoeren wanneer ze beweren dat er sprake is van diefstal en heling. Dus onrechtmatig bezit.
BESLAG LEGGEN
Het Prado is op de hoogte van die wetenschap. In kringen van Bosch-wetenschappers circuleert het verhaal, dat het Prado de Tuin der Lusten nooit zal uitlenen, omdat men als de dood is dat een of andere Nederlandse instantie er beslag op zal leggen. Is dat gevaar reëel? Ik vrees van niet. De enige rechthebbende, die met enige kans op succes het eigendom kan claimen, is het Huis van Oranje. Willem van Oranje was immers eigenaar van het meesterwerk toen Alva het liet inpakken en afvoeren.
Weten ze dat in het Huis van Oranje? Jazeker. In de vorige eeuw was Bosch-kenner Dr. Lucas van Dijck bij een seminar over Jheronimus Bosch in Utrecht. Daar was ook de toenmalige Koningin Juliana. Dr. Van Dijck ontmoette onze zeer beminnelijke en toegankelijke Koningin. Toen de Tuin der Lusten ter sprake kwam, zei Juliana tegen Van Dijck. “Meneer Van Dijck. Weet u van wie dat kunstwerk eigenlijk is? Van mij.”
STATUS QUO
Het Koningshuis mag niets doen zonder toestemming van de Nederlandse regering en zeker niet een proces aanspannen tegen een bevriende natie. Of Willem Alexander en zijn moeder Beatrix daar al zin in hebben. De relatie met het Spaanse Koningshuis is immers ook voortreffelijk. Daar zit geen smetje op en het zal er ook niet op komen. We zullen ons erbij moeten neerleggen, dat de status quo van dit moment niet snel zal veranderen.
Nog onverteerbaarder dan dat is de afwezigheid van De Tuin der Lusten bij de huidige expositie. Het zou de absolute kroon zijn geweest op iets wat toch al fantastisch is. De Hooiwagen is een heel goed alternatief en laten we met zijn allen God op onze blote knieën danken dat die Hooiwagen al in Nederland was toen het Bosch Research en Conservation Project de Keisnijding en de Zeven Hoofdzonden van het predikaat ‘twijfelachtig Bosch’ voorzag. Anders was dat fenomenale Drieluik ook in Spanje gebleven. Geniet er maar van, want ik ben er van overtuigd dat wij dit deze eeuw niet meer gaan meemaken.
FRANK VAN GELOVEN
Boek ‘Jeroen Bosch voor Beginners’
BESTEL HET BOEK
Andere al verschenen Blogs:
De arrogantie van het Prado
De mooiste maar ook de geheimste ‘Bosch’-plek